a. CdK, GS en oud-gedeputeerden
Deze post betreft de actualisatie van de personele kosten van de commissaris van de Koning, Gedeputeerde Staten en oud-gedeputeerden.
Naast de effecten van de reguliere actualisatie van personele kosten voor de CdK, GS en oud-gedeputeerden (effect voor de periode 2025-2029 van € 1,19 miljoen) zijn de op dit moment bekende effecten van de nieuwe Wet toezicht pensioenen (Wtp) verwerkt. De Eerste Kamer heeft de regering bij de behandeling Wtp met een breed gedragen motie verzocht om de pensioenen van politici op dezelfde manier te regelen als voor de rest van Nederland. Deze pensioenen zijn nu apart wettelijk geregeld in de Algemene pensioen- en uitkeringswet politieke ambtsdragers (Appa). Het kabinet heeft in reactie op de motie aan het parlement voorgesteld om deze pensioenen per 1 januari 2028 via een wettelijke verplichting over te dragen aan het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds (ABP).
De Wtp stelt fondsfinanciering verplicht. Om de overstap naar fondsfinanciering voor de Appa-pensioenen mogelijk te maken, is het noodzakelijk om op het moment van overgang naar ABP eerder opgebouwde pensioenaanspraken af te financieren door middel van een eenmalige kapitaalstorting aan ABP. Om de financiële gevolgen van de overgang van de pensioenen van gedeputeerden naar het nieuwe pensioenstelsel in te schatten is er een gezamenlijk onderzoek van het ministerie van BZK, IPO, VNG en Unie van Waterschappen uitgevoerd. De uitkomst voor de provincie Groningen is dat, aanvullend op de stand van de huidige voorziening, € 2,39 miljoen benodigd is. Het bedrag van € 2,39 miljoen is de extra waarde die benodigd is voor de 'affinanciering' van de nieuwe pensioenregels zoals de solidariteitsreserve en de compensatie van het vervallen van de doorsneepremie. Dat bedrag is in grote mate afhankelijk van de ABP-dekkingsgraad op het moment van de waardeoverdracht in 2027. Dit betreft derhalve een voorlopige indicatie, want in de periode tussen 1 januari 2025 en 1 januari 2028 kunnen nog wijzigingen in de relevante factoren optreden. Op basis van jaarlijkse actuariële berekeningen zullen we dit monitoren. Eind 2027 zal duidelijk zijn wat het definitief benodigd bedrag voor de waardeoverdracht is.
b. Vergoedingen PS
De omvang van de vergoeding die Statenleden ontvangen voor hun werkzaamheden wordt door het Rijk vastgesteld en gepubliceerd in de Staatscourant. Daarbij hebben wij geconstateerd dat de in onze begroting beschikbare budgetten in onvoldoende mate werden geïndexeerd om in de pas te blijven lopen met de door het Rijk bepaalde vergoedingen. Dit herstellen wij nu op structurele basis. Het effect voor de periode 2025-2029 bedraagt in totaal € 1,56 miljoen.
c. Nationaal Programma Groningen (NPG)
Voor het jaar 2029 waren de personeelskosten NPG nog niet volledig begroot. Dit doen we nu alsnog. Het effect voor het jaar 2026 is € 1,37 miljoen
Op basis van bovenstaande ontwikkelingen is voor de periode 2025-2029 derhalve sprake van een aanvullend benodigd budget van in totaal € 6,50 miljoen.