1. Ruimte en water
(x € 1.000) | S/I | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | Totaal | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Categorie 1a - Wettelijke taken en verplichtingen | ||||||||
Categorie 1b - Structurele taken ook structureel maken | ||||||||
Categorie 2 - Aangenomen moties | ||||||||
Categorie 3 - Voorstellen Perspectiefnota 2026 (doorgeschoven voorstellen en p.m.-posten) | ||||||||
Categorie 4. Uitwerking Uitvoeringsagenda | ||||||||
Categorie 5. Overige voorstellen | ||||||||
Totaal voorstellen Begroting 2026 | 450 | 2.375 | 3.485 | 2.525 | 2.525 | 11.360 |
Hierna volgt een toelichting op de voorstellen in bovenstaand overzicht.
Categorie 1a - Wettelijke taken en verplichtingen
1. Beleidsanalyse kwantitatief waterbeheer (B-AKWA)
In de B-AKWA-overeenkomsten met de waterschappen Hunze en Aa's en Noorderzijlvest uit 2000 zijn financiële afspraken vastgelegd omtrent overdracht en onderhoud van kunstwerken. De kosten voor de waterschappen stijgen en daarmee ook de declaraties die we jaarlijks krijgen van de waterschappen. In de Perspectiefnota 2026 is in dit kader incidenteel voor 2025 € 106.000 en voor 2026 € 108.100 beschikbaar gesteld. Voor het herzien van de overeenkomsten is een project gestart. Dit zal leiden tot nieuwe financiële afspraken. Het is onbekend hoe hoog de financiële bijdragen zullen worden in de nieuwe situatie. De planning is erop gericht dat in 2027 de nieuwe overeenkomsten van kracht worden.
Wij stellen voor om voor de B-AKWA-overeenkomsten ook voor het jaar het jaar 2027 incidenteel € 110.000 beschikbaar te stellen.
Categorie 1b - Structurele taken ook structureel begroten
1. Flexpool wonen
Op dit moment stellen wij incidenteel geld beschikbaar voor de inhuur van ambtelijke capaciteit voor het begeleiden van woningbouwprojecten. Als de Wet Versterking regie volkshuisvesting wordt vastgesteld krijgen gemeenten extra middelen van het Rijk voor extra ambtelijk capaciteit voor woningbouw. Het vaststellen van deze wet loopt echter vertraging op door de Tweede Kamer verkiezingen in oktober van dit jaar. Daarom verlengen wij onze incidentele inzet met drie jaar.
Wij stellen voor om voor het begeleiden van woningbouwprojecten (Flexpool wonen) incidenteel € 1.000.000 per jaar beschikbaar te stellen voor de jaren 2027 tot en met 2029.
2. Klimaatadaptatie
Samen met onze partners in de werkregio Groningen - Noord-Drenthe werken we aan een klimaatrobuust watersysteem, ruimtelijke inrichting en vitaal en kwetsbare functies. Deze samenwerkingsregio is ontstaan naar aanleiding van de opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) zoals benoemd in het Deltaplan Ruimtelijke Adaptatie. In de regio trekt de provincie samen op met gemeenten, waterschappen, waterbedrijven en de veiligheidsregio. Er wordt kennis gedeeld op het gebied van het toepassen van de principes van water- en bodem sturend, de landelijke maatlat groene gebouwde omgeving en het ruimtelijk afwegingskader klimaatadaptieve gebouwde omgeving. Tevens wordt gezamenlijk gewerkt aan communicatie en bewustwording, waterbesparing, klimaatbestendige bedrijventerreinen en het inrichten van stedelijk gebied als spons. Voor het organiseren, coördineren, ondersteunen en faciliteren van deze samenwerking zijn financiële middelen nodig. De provincie heeft zich aan deze opgave gecommitteerd door middel van vaststelling van de Regionale Adaptatiestrategie en Regionale Uitvoeringsagenda. Daarnaast werken wij aan het provinciale doel tot kennisvergroting, innovatie en nieuwe werkgelegenheid in relatie tot klimaatadaptatie. Dit doen we door samen met onze kennisinstellingen te werken aan het toepassen van innovatieve oplossingen in de regio. We ondersteunen het Climate Adaptation Platform (CAP), dat onderdeel is van het Akkoord van Groningen.
Wij stellen voor om vanaf het jaar 2028 structureel € 300.000 per jaar beschikbaar te stellen voor klimaatadaptatie.
3. Verminderen verbruik waterindustrie
In het hoofdlijnenakkoord Mit Mekoar is aangegeven dat we, samen met de waterschappen en het Waterbedrijf, bedrijven gaan stimuleren om zuiniger om te gaan met water in het algemeen, en met drinkwater in het bijzonder. Hiervoor moeten we ook kijken naar andere bronnen van water die bedrijven kunnen gebruiken. De kern van dit onderwerp is waterbesparing, alternatieve bronnen voor water en hergebruik van water. Dit alles om bedrijven beter bestand te laten zijn tegen watertekorten.
Wij stellen voor om vanaf het jaar 2028 structureel € 100.000 per jaar beschikbaar te stellen voor het verminderen verbruik waterindustrie.
4. Defensie
In het ontwerp Nationaal Programma Ruimte voor Defensie (NPRD) is opgenomen waar de krijgsmacht gaat uitbreiden zoals in het Lauwersmeergebied en Eemshaven. In de Defensienota 2024 kondigt het kabinet een verdere uitbreiding van de krijgsmacht aan boven op het NPRD. Daarnaast werkt het kabinet aan beleid met betrekking tot weerbaarheid en de wet op de gereedstelling. De activiteiten van defensie hebben impact op onze provincie en raken onze belangen op het gebied van ruimte, economie, energie, infrastructuur en onze eigen organisatie. Om de provinciale belangen te borgen en hierop integraal te kunnen sturen, zijn extra middelen nodig voor onder andere ambtelijke capaciteit en onderzoek. Er zal tevens een verzoek tot financiële ondersteuning voor de ambtelijke inzet worden gedaan bij het ministerie van Defensie.
Dit voorstel was tevens opgenomen in de Perspectiefnota 2026. Ten opzichte van het voorstel in de Perspectiefnota 2026 zijn, op basis van huidige verwachtingen, financieel gezien enkele wijzigingen aangebracht. Voor de jaren 2025, 2026 en 2027 is de omvang van het voorstel teruggebracht van € 450.000 per jaar naar respectievelijk € 250.000 in 2025 en € 350.000 in 2026 en 2027. Voor de jaren 2026 en 2027 is de omvang van de verwachte bijdrage van het Rijk overeenkomstig aangepast. Voor het jaar 2025 is de huidige verwachting dat geen bijdrage van het Rijk zal worden ontvangen.
Wij stellen derhalve voor om voor het borgen van onze belangen in relatie tot de ontwikkelingen op het gebied van defensie een bedrag van € 250.000 voor het jaar 2025, € 350.000 voor de jaren 2026 en 2027 per jaar en vanaf 2028 structureel € 450.000 beschikbaar te stellen, waarbij vanaf 2026 ingezet wordt op het realiseren van structurele dekking vanuit het Rijk.
Categorie 2 - Aangenomen moties
1. Motie M286. Maak bedrijventerreinen groener
In de motie M286. Maak bedrijfsterreinen groener wordt opgeroepen om in de uitwerking van de omgevingsvisie te borgen dat vergroening een standaard onderdeel bij de ruimtelijk inrichting vormt. En of het iets is om aan te sluiten bij het landelijk initiatief Werklandschappen van de toekomst dat getrokken wordt door IVN met subsidie van het nationaal Groeifonds. De huidige bedrijfsterreinen in Groningen zijn vaak ruim voorzien van beton, asfalt en steen. Met ruim 3.100 hectare netto oppervlak vormen ze een belangrijk deel van het bebouwde oppervlak. Deze verharding zorgt voor hitte in de zomer en wateroverlast tijdens hoosbuien. Uit een onderzoek uit 2022 van STEC onder de Groninger bedrijventerreinen is gebleken dat meer dan de helft van de bestaande bedrijventerreinen veroudering merkbaar is en behoorlijk is versteend. Wij zijn om die reden gestart met een integrale aanpak toekomstbestendige bedrijventerreinen. Hier zijn kansen voor vergroening en daarmee een bijdrage aan en aantrekkelijker werk- en verblijfsklimaat. De provincie krijgt steeds vaker de vraag van gemeenten die bezig zijn met het revitaliseren en herstructureren van een bedrijventerrein of er provinciale middelen zijn om de realisatie ervan financieel te ondersteunen. Voor klimaatadaptatie is het wenselijk om budget te hebben om fysieke klimaatadaptieve projecten van gemeenten te kunnen ondersteunen. Hiermee wordt beoogd de uitvoering van fysieke maatregelen te stimuleren die bijdragen een klimaatbestendig en waterrobuust ingerichte bedrijventerreinen. Wij stellen voor om in 2025 te starten met het opstellen van een beleidskader subsidie klimaatadaptieve bedrijventerreinen. In 2026 start dan de uitvoering van de subsidieregeling. Na twee jaar evalueren we de regeling en bepalen we of deze dient te worden gecontinueerd.
Wij stellen voor om voor het realiseren van het groener maken van bedrijventerreinen via een subsidieregeling incidenteel € 1.000.000 voor zowel 2026 als voor 2027 beschikbaar te stellen.
2. Motie M313. Groninger schoolpleinenrevolutie
Tijdens de algemene beschouwingen van 9 juli jl. hebben uw Staten motie M313. Groninger schoolpleinenrevolutie aangenomen. Voor de uitvoering van deze motie hebben willen wij aansluiten op het plan van IVN voor vergroening en het verrijken van 100 schoolpleinen in de provincie Groningen. IVN heeft dit eerder gedaan in de provincie Drenthe. Met het plan wil IVN en de scholen actief buitenspelen stimuleren door basisschoolpleinen te verrijken tot een natuurlijke omgeving, die kinderen op een speelse manier in contact laat komen met duurzame en gezonde keuzes. Een speelomgeving die bijdraagt aan hun natuur- en klimaatbewustzijn, creativiteit, gezondheid, verbeeldingskracht, fysieke en sociale vaardigheden. De totale kosten voor het verrijken van 100 Groningse schoolpleinen bedraagt € 7 miljoen. IVN heeft € 3,5 miljoen aangevraagd bij het NPG- via het nieuwe Uitvoeringsprogramma Gezondheid 2026-2029. Aan de gemeenten en scholen wordt ter dekking van de kosten een bijdrage van € 2 miljoen gevraagd (€ 100.000 per gemeenten en € 10.000 per school). IVN inventariseert momenteel bij de gemeenten en scholen of deze cofinanciering haalbaar is, de eerste signalen zijn positief.
Wij stellen voor om het resterende bedrag van € 1,5 miljoen beschikbaar te stellen (€ 375.000 per jaar voor de periode 2026 tot en met 2029).
Categorie 3 - Voorstellen Perspectiefnota 2026 (doorgeschoven voorstellen en p.m.-posten)
1. NOVEX-gebied Groningen
Afgelopen 2 juni hebben Rijk en regio (vier gemeenten, twee waterschappen, provincie) ingestemd met het gezamenlijk ontwikkelperspectief voor het NOVEX-gebied Groningen en het vervolg. Doel is om samen het ontwikkelperspectief te realiseren en tegelijkertijd de ambtelijke, bestuurlijke en participatie-drukte in het gebied te verminderen. Afgesproken is het perspectief verder uit te werken tot een gebiedsprogramma en investeringsagenda en nu al uitvoering te geven aan de gebiedsgerichte samenwerking. Daarmee kunnen Rijk en regio enerzijds komen tot uitwerkingen, keuzes en sturing in het gebied en anderzijds afspraken maken over gewenste ontwikkelingen en de inzet van capaciteit en middelen (onder andere rijkscapaciteit en -begroting). Afgesproken is de agenda’s Nij Begun in dit traject integraal mee te nemen, zodat via het NOVEX-gebied Groningen deze voor dit gebied integraal uitgewerkt kunnen worden, zo nodig (naast de plus) aanvullende middelen en capaciteit kunnen worden georganiseerd en de inhoudelijke randvoorwaarden (onder andere infrastructuur, wonen, water, landschap) op orde kunnen worden gebracht. Daarmee wordt het succes van Nij Begun vergroot. Afgesproken is dat Rijk en regio ieder zorg dragen voor 50% van de benodigde middelen om voorgaande uit te werken en capaciteit voor het vervolg te organiseren.
Wij stellen voor om voor de afspraken over het NOVEX-gebied Groningen voor de jaren 2026 en 2027 incidenteel € 250.000 beschikbaar te stellen.
2. Veenweide (beperking veenoxidatie)
In het hoofdlinenakkoord Mit Mekoar is beschreven dat we ons samen met de waterschappen en grondeigenaren inzetten om verdere veenoxidatie zoveel mogelijk te beperken. We maken daarbij gebruik van de voortgang in de regionale veenweidestrategie, om verdere bodemdaling door veenoxidatie te voorkomen. De huidige beschikbare middelen zijn ontoereikend om de doelen, zoals geformuleerd in het klimaatakkoord, te halen en snel concrete stappen te zetten. Uit het gebiedsplan Toekomst Landelijk Gebied komt ook duidelijk naar voren dat er een grote opgave ligt in de veengebieden en dat er in de veengebieden ook veel ecologische en watergerelateerde doelen gehaald kunnen worden. Denk hierbij aan klimaatadaptatie en zoetwaterbeschikbaarheid in droge periodes. De middelen willen we gebruiken voor gebiedsprocessen, pilots, ontwikkelen van verdienmodellen, innovatie, duurzaam grondgebruik en transitie. Hiermee zetten we stappen richting een lange termijn toekomstperspectief voor de veengebieden en de boeren op veengronden.
Wij stellen voor om voor het beperken van veenoxidatie extra middelen beschikbaar te stellen, te weten voor 2025 € 200.000 en vanaf het jaar 2026 structureel € 300.000 per jaar.
Categorie 4 - Uitwerking Uitvoeringsagenda
1. Regie op ondergrondse infrastructuur
De komende jaren staan wij voor ingrijpende ontwikkelingen in de ondergrondse infrastructuur. Denk aan de aanleg van buisleidingenzones, het waterstofnetwerk, dataverbindingen, (diepe) energie-aanlanding, hoogspanningsverbindingen en watertransport. Deze ontwikkelingen hebben directe ruimtelijke, economische en maatschappelijke impact op de provincie. Voor de jaren 2026 en 2027 wordt een budget van € 250.000 per jaar gevraagd (totaal € 500.000) ten behoeve het verkennen van het strategische vraagstuk ruimte in de ondergrond en komen tot een regieaanpak voor de ontwikkeling van de ondergrondse infrastructuur.
Wij stellen voor om voor regie op ondergrondse infrastructuur voor de jaren 2026 en 2027 incidenteel € 250.000 per jaar beschikbaar te stellen.
2. Extra personele inzet team Atelier, ruimtelijke kwaliteit en landschap
De afgelopen jaren is de hoeveelheid ruimtelijke ingrepen sterk toegenomen en de druk op de ruimte sterk gestegen. De formatie van het team is niet meegegroeid met deze ontwikkeling, terwijl de noodzaak voor een integrale en ontwerpende werkwijze is toegenomen. Hiervoor is structureel extra formatie nodig. Het gaat om ontwikkelingen zoals volkshuisvestingsontwikkeling (0,5 fte), landbouwtransformatie (0,5 fte), economische ontwikkeling (XXL-bedrijventerreinen) en energietransitie (0,5 fte). De voorbereiding van gebiedsopgaven én thematische programma's vraagt ook structurele inzet (0,5 fte). Om de ruimtelijke opgaven in goede banen te leiden is structureel 2 fte extra formatie nodig.
Daarnaast is voor gebiedsopgaven en thematische programma specifiek budget nodig (hiervoor dienen binnen projectbudgetten van gebiedsopgaven en de programma's middelen (uren en uitvoeringsbudget) gereserveerd te worden.
Wij stellen voor om voor de extra personele inzet voor het team Atelier ruimtelijke kwaliteit en landschap vanaf het jaar 2026 structureel € 200.000 per jaar beschikbaar te stellen.
3. Ruimtelijke ontwikkelingen Water
Het is van belang om aan de gang te gaan met het thema Water en Bodem Sturend (WBS). Dit conform het advies van de Noordelijke Rekenkamer. Hiervoor is ambtelijk capaciteit benodigd. Gelet op het feit dat deels onontgonnen terrein is, is het ook nodig om op onderdelen gericht advies te halen buiten onze eigen organisatie.
Wij stellen voor om voor ruimtelijke ontwikkelingen Water vanaf het jaar 2026 structureel € 250.000 per jaar beschikbaar te stellen.
Categorie 5 - Overige voorstellen
N.v.t.